Mijn kind heeft de diagnose autisme. Moet mijn kind naar het buitengewoon onderwijs?

Een kind met de diagnose autisme wordt niet automatisch georiënteerd naar het buitengewoon onderwijs. Dit wordt steeds individueel beoordeeld. Kinderen met autisme kan je vinden in alle vormen onderwijs, deze zijn:

  • Gewoon onderwijs en een gewoon leerprogramma volgen: kleuter, lager, secundair en hoger onderwijs
  • Gewoon onderwijs en een indiviueel aangepast leerprogramma volgen: lager en secundair onderwijs
  • Buitengewoon onderwijs: kleuter, lager en secundair onderwijs
  • Deeltijds onderwijs: secundair onderwijs
  • Huisonderwijs: lager en secundair onderwijs

Integratie van kinderen en jongeren met autisme in het gewoon onderwijs is niet langer een uitzondering. Het M-decreet heeft als doel om meer kinderen met een beperking een plaats te geven in het gewoon onderwijs. Als de basiszorg niet volstaat dan kan extra ondersteuning ingezet worden als de leerling over een verslag van het CLB met omschrijving van de specifieke onderwijsbehoeften en de nodige begeleiding beschikt. Lees meer: Ondersteuningsmodel M-decreet en Ondesteunignsmodel Hoger onderwijs.

Kinderen met specifieke noden hebben ook recht op aangepast onderwijs. De keuze tussen gewoon en buitengewoon onderwijs is afhankelijk van de behoeften van het kind en van het gezin. Toch is de keuze voor vele ouders niet gemakkelijk. Ieder kind is uniek, eenduidige antwoorden zijn er dus niet. Vereenvoudigd kan men stellen dat de beste school voor een kind die is waar het de beste ontwikkelingskansen krijgt.